Het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en Gemeenten (BBV) stelt het verplicht om op basis van risico-inschatting een kwalificatie te geven van de omvang van het weerstandsvermogen. Het weerstandsvermogen is de verhouding tussen de risico’s waarvoor we geen specifieke maatregelen troffen, en middelen en mogelijkheden die de OMWB heeft om niet-begrote kosten op te vangen (BBV artikel 11). Om te voorkomen dat bij niet-afgedekte risico’s ingrijpende (organisatie)wijzigingen noodzakelijk zijn, wensen we een afdoende weerstandsvermogen voor de organisatie. De grootte van de weerstandscapaciteit is afhankelijk van de risico-inschatting, en de bereidheid van het bestuur om deze risico’s al dan niet te lopen. De OMWB streeft naar minimaal een voldoende weerstandscapaciteit en gaat daarbij uit van een weerstandsratio van minimaal 1,0.
Normering weerstandsvermogen
Het Algemeen Bestuur stelde een model vast voor de normering van het weerstandsvermogen in relatie tot de deelnemers, waarbij we maximaal 8% van het (begrotings-/ jaarrekening-)totaal van de exploitatierekening aanhouden als weerstandsvermogen. Dit is conform de Financiële Verordening van de OMWB.
Risicobeheersing
Risicobeheersing of risicomanagement is het effectief omgaan met kansen en bedreigingen, die de realisatie van de organisatiedoelstellingen kunnen beïnvloeden. Hiervoor moeten we een continu proces inrichten van identificeren, prioriteren en beheersen van risico’s. De OMWB streeft ernaar om risico’s zoveel mogelijk te vermijden, hiervoor verzekeringen af te sluiten, of deze te ondervangen door beheersmaatregelen. Voor die maatregelen stelt de OMWB een Intern Controleplan op, waaraan we in het begrotingsjaar uitvoering geven.
Geïdentificeerde risico’s
In de 2e Bestuursrapportage 2024 identificeerden we de volgende risico’s:
| Risico's |
Maximaal bedrag schade |
Kans op optreden risico |
Gewogen risico |
| 4. Inhuur versus vast personeel |
380.000 |
50% |
190.000 |
| 5. Transitie mens en systeem |
600.000 |
50% |
300.000 |
| 6. Problematiek arbeidsmarkt |
700.000 |
60% |
420.000 |
| 9. Bovenmatig verzuim |
315.000 |
80% |
252.000 |
| 11. Invoering Omgevingswet |
1.000.000 |
60% |
600.000 |
| 12. Cybercriminaliteit |
1.100.000 |
50% |
550.000 |
| Totaal |
4.095.000 |
|
2.312.000 |
Toelichting op de risico’s:
4. Inhuur versus vast personeel
In de begroting van de OMWB geldt als uitgangspunt dat de taken in beginsel worden verricht door het eigen personeel. Gezien de krapte op de arbeidsmarkt lukt het niet altijd om (tijdig) vacatures in te vullen. In sommige gevallen kiest de organisatie ervoor specialistische kennis in te huren vanuit de meerwaarde die dit biedt. Deze externe inzet is duurder dan de uitvoering met eigen personeel, vandaar dat we dit opnemen in de risicotabel.
Maatregelen: passende sturing op inzet van personeel.
5. Transitie mens en systeem
De eisen die gesteld worden aan onze organisatie en medewerkers blijven snel veranderen. Enerzijds de inhoud van het werk, anderzijds worden ook andere (digitale) vaardigheden gevraagd. In de opleidingen wordt hier volop aandacht aan besteed zodat werknemers hun rol binnen de organisatie optimaal kunnen vervullen. De verwachting is dat dit niet in alle individuele gevallen gaat lukken. Het totale risico dat hiermee samenhangt, wordt ingeschat op € 600.000 met een kans van maximaal 50%.
Maatregelen: Het uitvoeren van een correct en zorgvuldig personeelsbeleid, waaronder een adequaat opleidingsprogramma. Daarnaast steeds verdere doorontwikkeling van de organisatie en onderliggende systemen, ondersteund door trainingen gericht op digitale vaardigheden en het programma datagedreven werken.
6. Problematiek arbeidsmarkt
In aanvulling op punt 4 wordt het volgende opgemerkt: Omdat de vaste formatie nog niet op het juiste peil is in relatie tot de toenemende werkprogramma's, werkt de OMWB naast inhuur ook met trainees en net-afgestudeerden. De OMWB leidt de jonge, nieuwe collega’s ‘on the job’ op, in een periode van ongeveer twee jaar. In de eerste twee jaar zijn deze collega’s nog niet volledig declarabel. De begeleiding verloopt via directe collega's van de dienst. In verband met deze noodzakelijke aanpak heeft de OMWB een tijdelijk productietekort in termen van declarabiliteit.
Maatregelen: De afgelopen periode is gewerkt aan een inwerkprogramma. Het programma heeft dusdanig effect gehad dat de trainees eerder en meer declarabel zijn dan aanvankelijk ingeschat. Daarmee is de kans van optreden verder beperkt. Het maximale schadebedrag is bijgesteld naar € 600.000 met een kans van optreden van 50%.
9. Bovenmatig verzuim
In de begroting 2024 wordt gerekend met een verzuimpercentage van 5,5%. Het verzuim over 2024 bedraagt daarentegen 6,22% (2023: 5,5%). Het blijft lastig te bepalen hoe het verzuimpercentage zich de komende periode ontwikkelt. Het verschil tussen het rekenpercentage en het verwachte percentage wordt aangemerkt als risico en bedraagt afgerond € 350.000. Bij een kans van 80% betekent dit een gewogen risico van € 280.000
11. Invoering Omgevingswet
Per 1 januari 2024 is de Omgevingswet van kracht. De invoering van de wet betekent een ingrijpende verandering voor de taakuitvoering. Ondanks gedegen voorbereidingen is de exacte impact van de invoering, ook financieel, nog onvoldoende duidelijk. Een deel van deze kosten zal voor rekening van de OMWB komen. Hoe hoog deze kosten zullen zijn, is op dit moment nog lastig in te schatten. De eerste ervaringen tonen aan dat er een negatief effect is op de kengetallen (waaronder doorlooptijden). Tegelijkertijd is het aantal aanvragen wat is ingediend onder de Omgevingswet beperkt. Gezien de onduidelijkheden die er op dit moment nog heerst, wordt de risico-inschatting gehandhaafd, met een bijgestelde inschatting van de kans van optreden; van 60% volgens de 2e Bestuursrapportage 2024 naar 40%.
13. Cybercriminaliteit
Ondanks vele investeren rondom informatiebeveiliging, afspraken met ICT-leveranciers en bewustwordingscampagnes onder medewerkers, blijft het risico reëel dat vreemden inbreken op systemen gebruikt door de OMWB, met alle gevolgen van dien. De maximaal ingeschatte schade bedraagt € 1.000.000 aan omzetderving met een kans van optreden van 60%.
14. Wet Deregulering Beoordeling Arbeidsrelatie (DBA)/ Verduidelijking Beoordeling Arbeidsrelaties en Rechtsvermoeden (VBAR)
De wet DBA is in 2016 in werking gesteld. Per 1 januari 2025 is het handhavingsmoratorium van de Belastingdienst vervallen waardoor controle op schijnzelfstandigheid plaats gaat vinden. De OMWB heeft een risico-inventarisatie uitgevoerd bij de aanwezige ZZP’ers en het mogelijke financiële risico in kaart gebracht (circa € 1.100.000).
Dit risico omvat slechts het fiscale aspect. Aanvullend kunnen ZZP’ers aanspraak maken op een dienstbetrekking met alle rechten, zoals die voor eigen medewerkers gelden. Zeker bij langjarige samenwerking kan dit een kostbare aangelegenheid worden. Een tweede voorbehoud op het (fiscale) risico betreft het niet volledig kunnen uitvoeren van het werkprogramma als gevolg van onderbezetting of door het ontbreken van specialistische kennis bij beëindiging van betreffende inhuurconstructies.
Maatregelen: in 2025 zal actief gewerkt worden aan het beëindigen van alle ZZP constructies en waar mogelijk omzetting naar een dienstbetrekking danwel spoedige werving van vervangend, eigen personeel.
Op basis van het voorgaande en een actuele inschatting van de huidige risico’s, is het eindbeeld voor de Begroting 2026 als volgt:
| Risico's |
Maximaal bedrag schade |
Kans op optreden risico |
Gewogen risico |
| 4. Inhuur versus vast personeel |
380.000 |
50% |
190.000 |
| 5. Transitie mens en systeem |
600.000 |
50% |
300.000 |
| 6. Problematiek arbeidsmarkt |
600.000 |
50% |
300.000 |
| 9. Bovenmatig verzuim |
350.000 |
80% |
280.000 |
| 11. Invoering Omgevingswet |
1.000.000 |
40% |
400.000 |
| 13. Cybercriminaliteit |
1.000.000 |
60% |
600.000 |
| 14. Wet DBA / VBAR |
1.100.000 |
40% |
440.000 |
| Totaal |
5.030.000 |
|
2.510.000 |
Beschikbaar weerstandsvermogen
De weerstandscapaciteit bestaat uit de algemene reserve. De algemene reserve bedraagt eind 2024 € 2.492.000. Uitgaande van het actuele risicoprofiel van € 2.510.000 is de weerstandsratio 0,99. Dit wordt volgens de waarderingstabel van het Nederlands Adviesbureau Risicomanagement (NAR) gekwalificeerd als ‘matig’. In de jaarrekening 2023 bedroeg de weerstandsratio 0,95 (‘matig’).
Indien de algemene reserve conform de Financiële Verordening (maximaal 8%) wordt aangepast, bedraagt de weerstandsratio 1,32 ('voldoende'). Met de resultaatbestemming 2023 heeft het Algemeen Bestuur besloten om in 3 jaar (2023 tot en met 2025) toe te groei naar de norm van maximaal 8% volgens de Financiële verordening. Over 2023 is € 400.000 aan de Algemene reserve toegevoegd. Met de resultaatbestemming 2024 stellen we voor € 600.000 aan de Algemene reserve toe te voegen.