Op grond van het BBV dient een uiteenzetting van de financiële positie van de dienst in de begroting en jaarrekening te staan. Hierna presenteren we zowel de geprognosticeerde balans, als inzicht in verwachte investeringen en gehanteerde afschrijvingstermijnen. Ook geven we het verloop van de reserves weer. Het overzicht per taakveld staat in bijlage 2.
Uiteenzetting financiële positie
Geprognosticeerde balans
In onderstaand overzicht staat de geprognosticeerde begin- en eindbalans, voor zowel het begrotingsjaar als de meerjarenraming. In deze meerjarige geprognosticeerde balans gaan we primair uit van bestaand beleid, aangevuld met verwachte (vervangings)investeringen.
|
Activa Bedragen x € 1.000 |
Begroting 2026 | Begroting 2027 | Begroting 2028 | Begroting 2029 |
| Materiële vaste activa | 3.302 | 2.633 | 2.009 | 1.565 |
| Totaal vaste activa | 3.302 | 2.633 | 2.009 | 1.565 |
| Vorderingen op openbare lichamen | 290 | 290 | 290 | 290 |
| Uitzettingen rijksschatkist | 7.655 | 7.655 | 7.655 | 7.655 |
| Uitzettingen met looptijd < 1 jaar | 7.945 | 7.945 | 7.945 | 7.945 |
| Liquide middelen (banksaldi) | 985 | 985 | 985 | 985 |
| Overige en overlopende vlottende activa | 3.889 | 3.974 | 4.062 | 4.151 |
| TOTAAL ACTIVA | 16.121 | 15.537 | 15.001 | 14.646 |
|
Passiva Bedragen x € 1.000 |
Begroting 2026 | Begroting 2027 | Begroting 2028 | Begroting 2029 |
| Algemene reserve | 2.492 | 2.492 | 2.492 | 2.492 |
| Bestemmingsreserve meetstations | 755 | 723 | 693 | 676 |
| Resultaat boekjaar vóór bestemming | - | - | - | - |
| Eigen vermogen | 3.247 | 3.215 | 3.185 | 3.168 |
| Voorzieningen | 1.873 | 1.873 | 1.873 | 1.873 |
| Vaste schulden | - | - | - | - |
| Vlottende schulden < 1 jaar | 620 | 620 | 620 | 620 |
| Overlopende passiva | 10.381 | 9.829 | 9.323 | 8.985 |
| TOTAAL PASSIVA | 16.121 | 15.537 | 15.001 | 14.646 |
(Vervangings-)investeringen 2026
In 2026 vindt er een investering plaats in hardware van € 189.000. Daarnaast vinden er vervangingsinvesteringen plaats in technische apparatuur. Het uitgangspunt is dat het Algemeen Bestuur met het vaststellen van de Begroting 2026 goedkeuring verleent aan het onderstaande overzicht van (vervangings-)investeringen.
Het resterende investeringskrediet van 2024 (in totaal € 671.000) is toegevoegd aan de voorgenomen investeringen in 2025. In de Begroting 2025 was reeds € 2.000.000 opgenomen bij ‘Huisvesting'. In de 1e begrotingswijziging 2025 is extra investeringskrediet aangevraagd voor investeringen in 'Vervanging wagenpark", 'Communicatiemiddelen', 'Automatisering' en 'Werkkleding en persoonlijke beschermingsmiddelen'. Bij het vaststellen van de begroting 2025 en 1e begrotingswijziging 2025 is toestemming verleend voor deze voorgenomen investeringen.
| Investeringen Bedragen x € 1.000 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 |
| Huisvesting | 2.135 | - | - | - | - |
| Automatisering | 506 | 189 | - | - | - |
| Communicatiemiddelen | 300 | - | - | - | - |
| Wagenpark | 270 | - | - | - | - |
| Technische apparatuur | 266 | 75 | - | - | - |
| Werkkleding en persoonlijke beschermingsmiddelen | 80 | - | - | - | - |
| Totaal | 3.558 | 264 | - | - | - |
Bij vervanging van activa wegen we nut en noodzaak af. Niet altijd kan vervanging plaatsvinden tegen de geraamde aanschafwaarden, wat betekent dat de werkelijke lasten kunnen afwijken van de in de tabel opgenomen bedragen. Substantiële afwijkingen melden we bij de bestuursrapportages.
Voor activering van investeringen hanteren we vanaf 2022 een ondergrens van € 1.000 (voorheen € 10.000). Vervangingen of aanschaffingen onder deze grens verantwoorden we in de exploitatie. Met het vaststellen van de begroting stellen we ook de vermelde afschrijvingstermijnen voor investeringen vast. De afschrijvingen vinden - eveneens vanaf 2022 - plaats bij ingebruikname van het actief (was het jaar volgend op activering). Het financiële beleid is overeenkomstig aangepast.
Afschrijvingstermijnen
Bij investeringen hanteren we de volgende afschrijvingstermijnen:
| Tabel met de gehanteerde afschrijvingstermijnen | Jaren |
| Huisvesting | 10 |
| Automatisering | 5 |
| Communicatiemiddelen | 3 |
| Wagenpark | 7 |
| Technische apparatuur | 5 |
| Werkkleding en persoonlijke beschermingsmiddelen | 3 |
Staat van reserves
Het verwachte verloop van de reserves is als volgt:
| Staat van reserves 2026 - 2029 Bedragen x € 1.000 | Algemene Reserve | Reserve Meetstations |
| Stand per 1-1-2026 | 2.492 | 835 |
| Mutatie 2026 | - | -80 |
| Stand per 1-1-2027 | 2.492 | 755 |
| Mutatie 2027 | - | -32 |
| Stand per 1-1-2028 | 2.492 | 723 |
| Mutatie 2028 | - | -30 |
| Stand per 1-1-2029 | 2.492 | 693 |
| Mutatie 2029 | - | -17 |
| Stand per 1-1-2030 | 2.492 | 676 |
Algemene reserve
De stand van de Algemene Reserve bedraagt per 1-1-2026 € 2.492.000 (voor resultaatbestemming 2024).
Reserve Meetstations
De stand van de reserve meetstations bedraagt naar verwachting per 1-1-2026 € 835.000.
Het saldo van opbrengsten en kosten van de meetstations wordt per jaareinde toegevoegd (bij een positief saldo) of onttrokken (bij een negatief saldo) aan de reserve. Vanaf 2026 neemt het saldo af door de gestegen afschrijvingslast, door de herziene afschrijvingstermijn van technische apparatuur.